Doel van het project
Medische artikelen die in Nederland niet meer gebruikt mogen worden, komen in Suriname vaak nog wel van pas. Artikelen zijn daar te duur of er is niet aan te komen. Denk aan verbandmateriaal, hechtmateriaal, naalden en spuiten, maar ook beddengoed en steriele handschoenen. Om hun Surinaamse collega’s tegemoet te komen en tegelijkertijd in Nederland zorgafval tegen te gaan, zamelden de studenten deze spullen in. Daarnaast riepen ze op om geld te doneren via doneeractie.nl, want een geldbedrag van maar liefst €1500 is nodig om een container vol spullen per vrachtschip op te kunnen sturen.
“Het begon met het idee één pallet op te sturen…” lachen ze. De studenten kregen al vele donaties van zorginstellingen in Groningen en dat deed ze goed. Dat dit zo’n groot succes zou worden, hadden de studenten niet verwacht. Inmiddels is er 350 kilo aan spullen ingezameld en staan de kantoren van Noorderpoortpersoneel aan de Verlengde Visserstraat vol met ingezamelde spullen. De studenten zijn blij met alle hulp, maar de realiteit is soms ook pijnlijk. Ella: “we krijgen hele steriele, dus ongeopende, verpakkingen en hele setjes. Verbandmateriaal, steunkousen, alles nog nieuw. Dat zou anders weg gegooid worden.”
Roeien met de riemen die je hebt
Dat de studenten ervoor kozen om de handen uit de mouwen te steken voor Suriname, was niet helemaal toevallig. Jamy en Ella liepen namelijk stage in het Sint Vincentius Ziekenhuis in Paramaribo – Jamy op de verloskamer en Ella op de afdeling chirurgie – en dat was ontzettend leerzaam voor ze.
Het grootste besef dat ze daar hebben gekregen, is de overvloed waarin wij Nederlanders leven en de schaarste waarmee Surinamers het moeten doen. Op vele vlakken, maar zeker ook in de medische sector. De studenten hebben ervaren dat ‘zuinig aan doen’ niet alleen onderdeel is van de Surinaamse cultuur; het is ook noodzakelijk omdat er simpelweg te weinig (betaalbare) medische artikelen voorhanden zijn. Jamy vertelt: “we hebben echt heel erg geleerd om creatief te denken, naar oplossingen te zoeken, andere materialen te gebruiken. De mensen daar vinden altijd wel een oplossing. In Nederland raken we helemaal in de stress: ‘oeh het is op! Wat nu?’” De studenten ervaren in Nederlandse zorginstellingen een overvloed aan zorgproducten, maar in Suriname is dat heel anders. Ella vervolgt: “daar zagen we hoeveel tekort er is aan materiaal. De ziekenhuizen daar leven van donaties.’’ Jamy vult aan: “Als zij het niet kunnen gebruiken, maken ze zieke ouderen die nog thuis wonen er blij mee.”
Regels en ‘bestelgemak’
De studenten constateren dat Nederland best wel ‘overregeld’ is, zo ook in de zorg. Veel medische artikelen worden ongeopend weggegooid, bijvoorbeeld omdat het artikel niet meer anoniem is. Dat gebeurt als er een stickertje met de naam van een patiënt op zit. In het geval dat de patiënt overlijdt, mag het niet meer worden ingezet bij een andere patiënt, hoewel het artikel zelf nog goed is. Hetzelfde geldt als een niet-steriele verpakking wel is opengemaakt, maar er nog inhoud over is. Zonde, vinden ze.
Ook verbandmiddelen worden vaak weggegooid. “Niet-steriele gaasjes die gebruik je, net als steriele gaasjes, ook heel vaak. Die kan je best nog gebruiken na de houdbaarheidsdatum!” zegt Jamy. Om te voorkomen dat zorgproducten moeten worden weggegooid vanwege een verstreken houdbaarheidsdatum, vinden de studenten dat er een limiet moeten komen op (bij)bestellen en dat er meer bewustzijn nodig is bij personeel.
We stelden de studenten de vraag welke producten minder geproduceerd moeten worden, juist omdat ze zoveel afval opleveren. Jamy, Ella en Niels in koor: “Handschoentjes!!!” Natuurlijk worden ze gedragen vanwege hygiëne, en dat is ook goed, maar het is niet áltijd nodig vinden ze. Jamy: “Ik werd er wel van bewust dat ik in Nederland echt veel handschoenen gebruik. Als je een patiënt een injectie geeft doe je al handschoenen aan. Als je de injectie geeft en daarna je handen goed desinfecteert, dus handhygiëne toepast, dan is dat voldoende,” leerde ze door een studieopdracht.
De studenten zien ook dat er veel plastic wordt weggegooid, waaronder verpakkingen. Ella: “soms is het nodig dat een product in plastic zit, zodat het steriel blijft.” Maar aanpassingen zijn zeker mogelijk voor producten die niet steriel zijn. Gelukkig zien ze op de werkvloer al wel meer papieren verpakkingen.
Na de actie
De studenten benadrukken hoe fijn het is om stage te lopen in het buitenland, want het dwingt je om open te staan voor andere, nieuwe kennis. Je kunt heel veel van buitenlandse collega’s leren, en zij leren weer van stagiairs. Zowel Jamy als Ella zijn op hun Surinaamse stageplaats heel warm verwelkomt. Jamy is zichtbaar enthousiast als ze vertelt dat ze opnieuw een stage mag gaan doen in Suriname, dat ook het thuisland van haar vader is. Ze kent het land dan ook goed en wil vaker een inzamelingsactie houden. Of eigenlijk doet ze dat al: “ik zie die armoede want ik ga er vaker heen. Inzamelen, dat doe ik nu ook al met kleren. Dan vraag ik collega’s of ze kleren over hebben en wat ze weg willen doen en dat stuur ik in een doos op voor de kinderen daar.”